TEREZIN |
Terezin (Theresienstadt) ligt ongeveer 60 km ten noorden van
Praag en telt 3.000 inwoners. De stad is door een brug over de Elbe verbonden met
Litomerice. In Theresienstadt zijn de sporen van het verleden nog goed zichtbaar. |
In 1780 legde keizer Josef II de eerste steen voor de
vesting, bedoeld als bolwerk tegen de Pruisen in het noorden, en noemde haar
Theresienstadt, naar zijn moeder, keizerin Maria Theresia. Bouwmeester Mezières ging uit
van de nieuwste theorieën betreffende de vestingbouw. De vesting kreeg de vorm van een
achthoekige ster, met op elke hoek een bastion dat een stad van 700 x 500 m omsloot,
verdeeld over 20 vierkanten waarop bebouwde blokken ontstonden: behalve woningen ook
kazernes, arsenalen, magazijnen en geniegebouwen. Eén blok (110 x 70 m) bleef in het
midden leeg: het appel en exercitieterrein, tegenwoordig het grote stadsplein. De
verdedigingswerken waren door meer dan 13 km lange onderaardse gangen met elkaar
verbonden, tot en met de Kleine Vesting, iets ten oosten van de stad. In 1784 telde
Theresienstadt 15.000 inwoners en een garnizoen van 16.000 man.
De vesting heeft nooit een militaire rol gespeeld en in 1886 werd het garnizoen in alle
stilte opgeheven.
De Kleine Vesting werd een staatsgevangenis voor tegenstanders van de Habsburgse
monarchie. Ook Gavrillo Princip was hier ooit opgesloten: hij pleegde in 1914 in Sarajevo
de moordaanslag op aartshertog Frans-Ferdinand, een gebeurtenis die de aanleiding zou zijn
tot het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog.
In 1941 evacueerde de SS de gehele bevolking van Terezin en
richtte de stad in als getto voor joden, eerst afkomstig uit Bohemen en Moravië, later
ook uit andere landen. Het was trouwens de bedoeling van de nazi's om de joodse bevolking
te 'concentreren' in bepaalde locaties, vandaar de naam 'concentratiekampen'.
In het begin ging Theresienstadt door voor een kamp met een relatief mild regime: zo was
het de gevangenen toegestaan toneelstukken op te voeren, concerten te geven en lezingen te
houden, er waren zelfs scholen en er was een vorm van zelfbestuur. De nazi's lieten zelfs
een commissie van het Internationale Rode Kruis toe in dit in hun ogen 'modelkamp'.
Daartoe werd alles opgeknapt, en de waarnemers concludeerden precies wat de nazi's gehoopt
hadden.
Velen waanden zich hier aanvankelijk veilig, maar al gauw bleken de ware Duitse
bedoelingen: Theresienstadt werd een doorgangskamp, een tussenstop op weg naar de
vernietigingskampen waaronder Auschwitz. Dit nam niet weg dat er in het kamp toch vele
verschrikkelijke zaken gebeurden. Van de bijna 140.000 mannen, vrouwen en kinderen die in
Theresienstadt zijn geweest, stierven er 26.000 in het kamp zelf, meer dan 100.000 anderen
kwamen na deportaties elders om het leven. Toen het Russische leger Theresienstadt
bevrijdde, trof men 17.000 overlevenden aan. Cijfermateriaal over gevangenen en
overlevenden verschilt enorm.
Van de Grote Vesting, het eigenlijke stadje, maakten de nazi's dus een joods ghetto, dat officieel aangeduid werd als 'Vorzugslager'. Het getto had wel een zelfstandig joods bestuur, maar dat had natuurlijk niets te vertellen en kon ook niets doen aan de voortdurende vernederingen en mishandelingen van hun mensen door de nazi's.
De Kleine Vesting diende vanaf juni 1940 als uitwijkgevangenis
voor de overvolle Praagse gevangenis waar politieke gevangenen ondergebracht werden.
Hier waren de mensen in kleine, donkere en vochtige ruimtes gehuisvest. Vele gevangenen
zijn aan ondervoeding, uitputting en mishandeling gestorven. Ook hebben de nazi's
veelvuldig executies uitgevoerd.
Het complex van de kleine Vesting is verdeeld in vier vestinghoven die bestemd waren voor
de gevangenen. Deze liggen rondom het centrale gedeelte waar de nazi's gehuisvest waren en
hun vermaak zochten. Nu is daar een museum ingericht en in de voormalige bioscoop zijn
korte films over het dagelijks leven in het kamp te zien. Bij de ingang ligt de Nationale
Begraafplaats, waar vele tienduizenden slachtoffers begraven liggen.
Webpages over Terezin: